Archive for april, 2015

een aardigheidje

17 april 2015

Afgezien van het feit dat het nieuws nu gedomineerd wordt door asielzoekers, uit te wijzen of te eten te geven, en bootvluchtelingen die – nou ja, te triest voor woorden eigenlijk, en dat voor al die problemen een simpele oplossing voor handen is ,

afgezien daarvan vond ik dat mij vanmorgen iets leuks overkwam. Kijk soms is er wel de vraag wat te doen als je ouder wordt, dwz: het is niet alleen dat allerhande lichaams-functies in het algeméén wat afnemen, maar ik denk dat daarbinnen ook het vuur om iets te wìllen wat afneemt. Op zich niet zo erg natuurlijk, maar – als je niet echt meer iets wil, wat wìl je dan nog?
Zo begon vanmorgen mijn dag. Niet erg, maar ‘gewoon’ dat gaat soms zo.

’t Is natuurlijk ook .. met de bootvluchtelingen en al-dat .. , ach, je hebt 40 jaar geprobeerd om met een echt werkende oplossing de mensen te bereiken en dat lukt voor nauwelijks-een-meter, dus, nou ja, ,, “laat dan maar gaan”.  “Als ze het zo willen, dan moeten ze het zo maar willen.” Hoewel, gisteravond viel me die zin van Leonard Cohen weer te binnen …
If it be your will   /  If there is a choice    /   Let the rivers fill
Let the hills rejoice  /  Let your mercy spill
On all these burning hearts in hell
If it be your will   /   To make us well   /

Die zin: ” all these burning hearts in hell  .. ” Ze kunnen er niks aan doen dat ze het niet zien … en desondanks … zouden ze willen dat iemand ze d’r uit hielp …
Nou ja, dan moet daar je vuur maar vandaan komen.
Maar anyway ..
Terwijl ‘k zo ’s morgens aan de koffie weer terugstap naar een doen-willende modus, sla ik de volgende bladzij van de krant op. En nou moet je weten ..
Had ik gisteravond nog even gemaild naar iemand. Een klant. Met sommige klanten krijg je dat … een voortgezet contact. Per mail, bijvoorbeeld. Deze (dame) heeft ooit een hersenbeschadiging opgelopen. Door domme kindertjes die haar onbedoeld op haar fiets ten val brachten. En sindsdien kijkt ze naar mijn smaak nodeloos negatief naar de wereld, maar dat heeft ze zelf niet in de gaten. Ze denkt dat ze de werkelijkheid op een objectieve manier beschrijft. In elk geval: waar ze de wereld wèl als goed of aangenaam ervaart, dat is met dieren. Heur hond vooral.
En nou sla ik de volgende pagina in de krant open en ziedaar: een artikeltje over hoe waar het is dat een goed contact met je hond je goed doet.
Okee, dat is leuk. Maar voor mij is het leuk dat dat artikel zo “timely” komt. Alsof het er neergezet is, voor mij, om het aan haar door te geven.
“De magic die dat maakt”, schreef ik haar, “dat is de magic waar ons contact om zal draaien. En toevallig, beste lezer(es),
is dat ook de magic, waarmee je asielzoekers en bootvluchtelingen plùs een regering die erover dreigt te struikelen, vanuit de sloot de wal op kunt helpen.

vk 15 0417 hondenblik B

het verhaal van mijn vader

7 april 2015

Het verhaal van mijn vader. Natuurlijk zijn er hartstikke véél  ‘verhalen van mijn vader’.  Maar deze is centraal, voor mij. En zegt iets over wat we ons soms kunnen afvragen: “waarom gaat de groei van TM zo langzaam?” Wat overigens niet waar is, maar daarom juist. In elk geval:

in 1983 kwam Maharishi een paar dagen naar Nederland voor het simpelweg beantwoorden van ‘vragen van Sidha’s’.  Ik was toen net een jaartje sidha. En was toen van de effecten van het sidha-zijn al wel overtuigd, maar ik had een zorgpunt: zou het niet zo kunnen zijn dat de ‘wonderen’ die er met de sidhi-technieken gerealiseerd werden, betaald werden met het inleveren van telkens een stukje van je ‘ziel’?  In elk geval, dit vraagstuk had ik in één vraag samengevat. En ook opgeschreven op het formulier waarop je vantevoren je vragen al mocht inleveren. (Een andere vraag was bijvoorbeeld: “waarom rook ik nog steeds?” ) Maar die ene vraag heb ik metterdaad gesteld.

En daar begint overigens al een eerste overweging: iedereen die wel es in een zaal met mensen opgestaan is om het woord te voeren, die weet dat er een moment van zenuwachtig aan vooraf kan gaan. Je durft niet helemaal. Al die aandacht, enzo. En daar is dan ook al het eerste groeimoment: want òm te gaan staan, òm het woord te voeren, moet je even een weerstandje in jezelf overkomen. Je moet dùrven. Je moet een grens over. En dan wordt het grappige: ook al zou je verder helemaal geen antwoord krijgen enzo, dan nòg, heb je in jezelf een grens gepasseerd. En dat zou er best toe kunnen leiden dat er al geen antwoord meer gegeven hoeft te worden van buitenaf, omdat je met het passeren van die grens ook toegang kreeg tot het “kennis­bestand” dat in jezelf ligt opgeslagen en waar het antwoord voor handen is. Dus dan krijg je het antwoord op je vraag, simpelweg dankzij de act, de handeling van het stèllen van de vraag.

En natuurlijk gold zoiets zéker op die zondag. Niet alleen omdat je een vraag wilt gaan stellen aan iemand die je ervaart als een leermeester, een autoriteit in ’t een of ander, op een hoog niveau, maar daar is ook nog es het gegeven dat er om je heen nòg 400 mensen zitten, die allemáál wel iets willen vragen. En dan desondanks, zeg je op een bepaald moment zoiets als “okee, jullie zijn allemaal belangrijk, en jullie vragen zijn zeker niet minder belangrijk dan de mijne, maar dèsondanks, des­ondanks: wil ik nu even éérst.” Je moet het lef maar hebben. Je moet maar, zó zeer verlangen naar een antwoord. Dat doet onvermijdelijk al iets, in jezelf. In elk geval. Ik had goed nagedacht over de formulering van m’n vraag. Zo goed dat ik ‘m nu nog altijd vanuit m’n hoofd kan weergeven.
De vraag was zo: “How can I make my parents more sure, that, if there is anything that my (!) Lord Jesus Christ wants me to do, it is the practice of Transcen­dental Meditation? “

Het antwoord kwam in drie delen. Het eerste was een mondelinge reactie van Maharishi op dat moment. Hij vroeg of mijn bijbel mij verbood om “Kennis te verwerven.” Daar moest ik even over nadenken en in die stilte ging de Nederlandse voorzitter zijn eigen antwoord geven.  Waar ik verder niet zoveel mee opschoot. Maar goed. Ik had m’n vraag gesteld. Tegen een uur of elf ’s avonds werd er een pauze ingelast. “Men” is daarna nog tot diep in de nacht doorgegaan, maar ik vond het welletjes geweest. En besloot naar het ouderlijk huis in Kampen te rijden. Dat was daar niet zo ver vandaan.

Ik kwam er aan, en het was er gezellig. Zondagavond, m’n moeder was al naar bed, maar in de ‘voorkamer’ trof ik nog een stuk of vijf broertjes, en m’n vader. Misschien was er ook een zusje bij, maar dat weet ik niet meer. Het was er gezellig en de sfeer was warm. De rood-velours gordijnen waren dicht en de schemerlampen gaven het zacht-gele licht. En m’n vader vertelde, over dingen die hij onlangs had gelezen, over de vooruitgang in de moderne natuurkunde. Hij hield van die dingen. En wij danken het aan hem dat we, ondanks onze gerefor­meerde identiteit de NRC in huis hadden, bijvoorbeeld, zodat ik ben opgegroeid met Heer Bommel en Tom Poes, en en passant ook kennis opdeed van ’s werelds wederwaardigheden. In elk geval. Mijn vader vertelt over die natuurkunde, de sfeer is genoeglijk, en m’n jongste broertje gaat in de keuken nog even ‘een kopje koffie voor iedereen’ maken.

Voor een tijdje zegt er niemand iets. En in die stilte neem ik het woord en vraag aan m’n vader: “maar hoe combineer je nou de bevindingen van de moderne natuurkunde (van de oerknal enzo) met het scheppings-verhaal ?  (waar hij als kerkelijk leider voor stond). “ Ineens is de stilte als om te snijden. In de keuken had m’n broertje dit deel van het gesprek gemist, en komt binnen met de koffie voor iedereen.  Hij haakt met z’n voet achter het vloerkleed, en alle koffie gaat over de grond en over het tafeltje. Ik heb de vraag nooit meer gesteld.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Dit was het tweede deel van het antwoord op mijn vraag “how can I make my parents more sure that .. “  Als ik met m’n vader verder had willen praten over wat de TM-techniek is, dan zou daarvoor de natuurkunde een goede ingang geweest zijn. ’t Gaat immers allemaal alleen maar over trillingen op subtiele niveau’s van materie. Ofzo. Niks met geloof, enzo. Zou je kunnen zeggen. Maar daar is het dus nooit meer van gekomen. Een jaar later was mijn vader ineens overleden.

En waarom is dit verhaal nu nog steeds van belang? Wel .. Elk mens bestaat uit “meerdere delen in zichzelf”.  Een deskundige heeft es geopperd dat veel mensen het eigenlijk wel fijn vinden om elke dag een tijdje in de file te staan, want dat geeft ze de tijd om om te schakelen, van wie ze op het werk zijn, naar wie ze thuis zijn, en vice versa. En toen ik op een dag gewoon aan het werk was in m’n jeugd-gevangenis, werd ik “naar voren” gepiept, want er was bezoek voor me. Daar stond m’n zwager, een aardige man en een prima kerel, maar toen kon ik ineens helemaal niets met hem. Ik was ‘m niet gewend in het kader van die bajes. Menigeen zal in z’n leven wel es zo’n ervaring hebben opgedaan. En trouwens: het hele meditatie-proces is er op gericht, om “één” te worden. En daar sluit ook het onderzoek naar toenemende “hersen-coherentie” bij mediterenden op aan.

En zo is de moraal van het verhaal:  we willen van twee één maken. We willen gescheiden delen in onszelf, en gescheiden delen in anderen, bij elkaar brengen. Maar als dat te snèl gebeurt, als je dat wilt forceren, dan krijg je ongelukken. Dan gaat de koffie over tafel.

En dat maakt dat we alleen maar gewoon geduldig door gaan. Want met elk stukje stress dat we uit onszelf en de atmosfeer weghalen, gróeit die eenheid. In onszelf en in de wereld om ons heen. En dan komt het begrijpen vanzelf. Langs wegen, die wíj niet hadden kunnen organiseren.  Maar waarvan we de effecten wel kunnen zien.

*